Waarom verbinden zo moeilijk is

Verbinden is een basisprincipe voor samenleven en -werken. Dat lijkt een open deur, maar blijkt voor ons mensen verdomde moeilijk, kijk maar eens naar de discussie die nu over het Sinterklaasfeest is losgebarsten. Verbinding lijkt ver te zoeken.

Toevallig had ik vandaag een training waarbij de deelnemers zich echt met elkaar verbonden, zich kwetsbaar opstelden, naar elkaar luisterden en oprecht nieuwsgierig waren naar elkaar. Ik voelde een bijzondere vibe die verder ging dan slechts informatie delen. Een dag om te koesteren, want die echte verbinding is waardevol en schaars.

Echte verbinding is moeilijk en lukt mij ook niet altijd om te maken. Soms ligt het aan de situatie of aan de ander, over het algemeen ligt het aan mij. Vaak zijn het mijn snelle oordeel en mijn angst en onzekerheid die mij belemmeren in het aangaan van een echte verbinding.

Mijn oordeel zit mij in de weg, omdat ik al vaak denk te weten wat de ander gaat zeggen. Sterker nog: ik vind vaak al iets van die persoon. Meestal zonder dat ik hem of haar ken. Ik ben echt jaloers op mensen die oprecht verbinding kunnen maken zonder een enkel spoor van vooringenomenheid. Mijn vrouw is zo iemand. Een van haar gevleugelde uitspraken is: “Wat je vindt, mag je naar de politie brengen”. En die uitspraak helpt me zo af en toe. Zo zat ik laatst aan de lunchtafel met iemand waarvan ik dacht: wat moet ik met deze saaie persoon? Hij was nogal conservatief gekleed en ja, daar komt mijn vooringenomenheid om de hoek kijken. Ik besloot mijn mening uit te stellen en te onderzoeken, nieuwsgierig te zijn. De man bleek voorbij de kledingkeuze bijzonder aangenaam gezelschap en we waren in staat om echt verbinding te maken. Toch lukt het me te weinig om mijn mening thuis te laten of uit te stellen, vaak om de simpele reden dat ik mezelf er geen tijd voor gun.

De andere belemmerende factoren zijn angst en onzekerheid. Angst om afgewezen of gekwetst te worden en onzekerheid of de ander mij wel interessant genoeg vindt. Beiden reden genoeg om me veilig afstandelijk op te stellen, dan blijf ik in ieder geval ongedeerd. Het is een beetje een prisoner’s dilemma: hoe kan ik van de ander nu openheid verwachten terwijl ik mezelf afstandelijk opstel? Die angst heeft dus alles met vertrouwen te maken, vertrouwen in jezelf en daarmee ook in de ander. Joost Rigter is daarin een groot voorbeeld voor mij. Als er iemand is die zich altijd kwetsbaar opstelt en lef toont is hij het wel. Joost stapt op feestjes en bijeenkomsten op iedereen af en maakt veel en vaak verbinding. Never a dull moment. Ik vind dat bewonderenswaardig.

Qua verbinding ben ik er dus nog niet. Ik wil en moet mezelf verder blijven uitdagen om minder te oordelen en meer uit mijn comfortzone te komen. En wat ik daarbij zeker moet koesteren, is de hoeveelheid die ik nog van de mensen om mij heen kan leren. Ook dat geeft verbinding!